De namen van God                           2
T. J. de Ruiter, pastor en leraar in de Pinksterbeweging
 

Jahweh (HEER)

In Exodus 3:14 zegt God tot Mozes op zijn verzoek wat de naam van de God is die hem roept om het volk Israël uit Egypte te leiden, zijn naam is Jahweh. Deze naam werd oorspronkelijk, zoals alle woorden in het oude Hebreeuws, zonder klinkers geschreven en kan daarom in onze taal als JHWH worden geschreven. Omdat de naam uit vier letters bestaat wordt hij het 'tetragrammaton' genoemd. Later werden er klinkers ingevoegd en sindsdien wordt de naam als Jahweh geschreven. Omdat de klinkers (bestaande uit kleine puntjes of streepjes meestal onder de letters) door de Massoreten, Joodse taalgeleerden die aan de tekst van het Oude Testament werkten van ongeveer 400 -1100 na Christus, werden toegevoegd en de Joden reeds lang daarvoor deze Naam vanwege zijn heiligheid niet wilden uitspreken is het niet zeker of hij oorspronkelijk als Jahweh klonk.

De bekende Joodse historicus en schrijver Flavius Josephus ( 37 - 100 na Christus) schreef over de vier klinkers van de Naam. Hij was van mening dat men de uitspraak zou kunnen reconstrueren door die te vergelijken met woorden waarvan de uitspraak bewaard was gebleven zoals bijvoorbeeld JHWDH (Jehoeda). JHWH zou dan misschien als Jehoewa uitgesproken moeten worden. Het is interessant om te weten dat de naam Jahweh in het Oude Testament 5321 maal voorkomt.

In Deuteronomium 28:58 (NBG) wordt deze naam Jahweh de heerlijke en geduchte en in de NBV de glorierijke en ontzagwekkende naam genoemd.

In onze NBG Bijbel is Here, in de NBV Bijbel Heer, de vertaling van het Hebreeuwse Adonai dat heer, baas of meester betekent. HERE of HEER - let op de hoofdletters - is de vertaling van Jahweh. Jahweh is de verbondsnaam van de Allerhoogste God Elohim. Hij wil door zijn volk dat in een bijzondere verbondsrelatie met Hem kwam te staan, zo worden genoemd, (zie Exodus 4:15). In Exodus 3:15 en 6:2 verklaarde God dat Hij de naam Jahweh (nog) niet aan de aartsvaders bekend had gemaakt maar nu wel aan Mozes. Zoals een ieder kan zien komt de naam Jahweh (geschreven in de NBV als HEER echter wel in Genesis voor. Dit wijst erop dat Mozes toen hij de oude geschiedenissen opschreef deze naam heeft ingevoegd omdat Hij begreep dat de God van zijn aartsvaders dezelfde was die zich nu aan Hem in de woestijn had geopenbaard, (zie Exodus 3).

Over de naam Jehovah. Deze naam is ontstaan door de combinatie van de medeklinkers van JHWH met de klinkers van Adonai. De Jehovah's Getuigen hebben hun organisatie naar deze naam genoemd. De naam Jehovah werd echter reeds lang in de Nederlandse en Duitse taal gebruikt en we treffen hem ook in enkele van onze oudere geestelijke gezangen aan.

Over Hasjem. In Leviticus 24:11 lezen we dat de Naam (letterlijk vertaald Hashem) werd gelasterd. We stellen vast dat hier ongetwijfeld de naam Jahweh lasterlijk werd gebruikt. Mozes besliste dat de persoon die dit had gedaan moest worden gestenigd, (zie Leviticus 24:14-23). Als gevolg van die verschrikkelijke straf willen de Joden de naam Jahweh niet meer uitspreken maar verwijzen naar de godsnaam met Hasjem, de naam. De NBV heeft in Leviticus 24:11 'Gods naam,'maar dit is geen correcte vertaling omdat er noch Elohim, noch Jahweh in het Hebreeuws staat. Aangezien God tot Mozes zei dat Hij als Jahweh wil worden aangeroepen - zie Exodus 3:15 - mogen wij Hem vrijmoedig bij die naam noemen en behoeven wij die naam niet te vervangen door Hasjem.
 

Reageren? E-mail... Pastor T. J. de Ruiter

~~~~~~~~~~~~~~~


Site 'Inspiratie & Inzicht,' sinds 1997 / 4 augustus 2007 / 23 augustus 2011 / Pastor T. J. de Ruiter /  The Netherlands